Laagste aanbod sinds 1995, blijkt uit NVM-cijfers

De gemiddelde verkoopprijs van een bestaande woning steeg in het eerste kwartaal van 2021 naar €385.000. Dat blijkt uit de NVM-cijfers van het eerste kwartaal van 2021. Dit is een stijging van bijna 15% ten opzichte van het eerste kwartaal 2020.

De laatste 20 jaar is een dergelijke prijsstijging niet meer voorgekomen, schrijft de NVM in een begeleidend persbericht. Halverwege het eerste kwartaal stonden circa 17.500 woningen te koop, 42% minder dan een jaar geleden. Dit is het laagste niveau sinds 1995, toen deze meting werd gestart. Er zijn 6,8% minder bestaande koopwoningen verkocht dan in het eerste kwartaal van 2020, het laagste aantal sinds 2015.
 
Krapte-indicator
De krapte-indicator voor bestaande woningen komt in de NVM-cijfers over het eerste kwartaal uit op een dieptepunt van 1,7. De koper kan dus opnieuw uit minder dan twee huizen kiezen. Er zitten grote verschillen tussen typen woningen. Voor tussenwoningen is de krapte-indicator zelfs 1,2.
De prijs van een nieuwbouwwoning is het afgelopen kwartaal gestegen tot gemiddeld  € 433.000, ten opzichte van € 400.000 euro in het eerste kwartaal van 2020. “Een tijdje geleden zei ik dat we verwachtten dat we de grens van 4 ton zouden aantikken”, zegt NVM-voorzitter Onno Hoes. “Inmiddels zijn we daar dus ruim overheen.”

Het aantal verkochte nieuwbouwwoningen steeg in het eerste kwartaal van 2021 met bijna 14% naar 9.700. Halverwege het eerste kwartaal 2021 stonden 11.100 nieuwbouwwoningen te koop, 22% minder dan een jaar eerder.

‘Rente en woningtekort jagen prijzen verder omhoog’
“De lage rente, het enorme woningtekort en de stabiele sociaal-economische vooruitzichten zorgen voor krapte en jagen de prijzen verder omhoog”, aldus NVM-voorzitter Onno Hoes. “Ik zie het meer dan ooit als een nadrukkelijke taak voor het volgende kabinet om de woningnood als prioriteit integraal aan te pakken zoals we ook hebben bepleit in de Wonen-agenda in februari dit jaar. Dat gaat echt verder dan alleen het realiseren van meer woningen. Het Planbureau voor de Leefomgeving is daar ook duidelijk over in haar recente rapport ‘Wonen na de verkiezingen’ met een krachtig pleidooi voor een regionale aanpak en een sneller vergunningsysteem om woningen te kunnen plaatsen.”
Hoes pleit ervoor om bijvoorbeeld een landelijke pool in te voeren waarbij gemeenten en provincies personeel aan elkaar kunnen ‘uitlenen’ om te voorkomen dat kansrijke nieuwbouwprojecten vastlopen door personeelstekort. Onlangs werden onder andere nieuwbouwprojecten in Amsterdam stilgelegd vanwege financiële problemen.


Meer dan 60% van de verkochte woningen wordt inmiddels boven de vraagprijs verkocht, blijkt uit de NVM-cijfers. Ook de hoogte van deze overbiedingen blijft stijgen. “We zien dan ook dat kopers in deze markt meer risico’s nemen om een huis te kunnen kopen. Dat is een zorgelijke ontwikkeling”, zegt Lana Gerssen, NVM-voorzitter van de vakgroep Wonen. “De markt is krapper dan ooit door het lage aanbod en het geld dat bij sommig mensen tegen de plinten klotst. In deze absurde marktsituatie komt het beste en slechtste boven. De uitdaging is dat kopers, verkopers en makelaars het hoofd koel houden. Met elkaar zijn we aan zet om evenwicht terug te brengen in de markt, ook door meer gericht en vraaggestuurd te bouwen”, aldus Gerssen.
 
Aanbod in Amsterdam licht gestegen
Amsterdam is de enige regio in Nederland waar een lichte stijging in het aanbod te zien is, vergeleken met vorig jaar. Dit heeft volgens NVM-dochter Makelaarsvereniging Amsterdam deels te maken met de wijziging van de overdrachtsbelasting. Amsterdam heeft in haar woningvoorraad namelijk veel woningen boven de € 400.000,-. Vanaf 1 april is de vrijstelling van overdrachtsbelasting voor jonge kopers begrenst voor woningen tot € 400.000,-.
De gemiddelde vraagprijs in Amsterdam is gestegen met 3,5% naar € 658.000,- vergeleken met vorig kwartaal en 7% vergeleken met een jaar geleden.

Bron: Vastgoed Actueel, NVM